Eind vorig jaar hebben Rebbel en ik een ongeluk gehad tijdens het buitenrijden.
Uit het niets is hij aan de kletter gegaan als een dolle stier. Tijdens het hard naar recht en links over de weg rennen, is de splitpen uit mijn wagen verdwenen en is het lamoen losgeraakt van de wagen. Rebbel is met lamoen erachter verder gerend, ik en 'groom' Lintjuuuh zijn met kar en al over de kop gevlogen. Uiteindelijk vonden we Rebbel, 2 mannen hadden hem gevangen.
Hij had alleen een klein plekje op zijn hak, Linda een beetje hoofdpijn, en ik was helemaal bont en blauw. Na een week of 2 rust zouden we weer gaan beginnen. Gerrie Niesing (voor de bekenden) wilde me heel graag helpen er bovenop te komen.
We spanden Rebbel in en hij heeft ons erg laten schrikken. Alleen maar kont inknijpen, schrikken en proberen weg te rennen. Die eerste keer was ik steeds te laat, maar goed dat Ger ingreep ernaast via de longeerlijn. Na een aantal weken ging het aardig beter, hij had af en toe nog zo'n angstmoment, maar ik kon hem er aardig doorheen krijgen.
Toen kregen we een winterdipje en hebben we een aantal weken niet gemend.
Uiteindelijk had ik weer frisse moed om verder te gaan, en ben ik met Gerrie weer begonnen.
De eerste keer ging niet super, maar elke keer ging het met sprongen beter. Ik kreeg hem veel beter door en hi jbegon me steeds meer te vertrouwen en zekerder te worden.
Afgelopen donderdag voor het eerst weer een stukje los meegereden in de les, maar dat ging niet zo goed. Ik werd onzeker en Rebbel wist niet meer wat hij moest doen. Gerrie heeft me toen apart genomen. Ik moest hem steeds losser en losser laten, hij begon te dansen voor mijn wagen. Wat een heerlijk gevoel, totaal onstspannen pony voor de wagen, en een ontspannen koetsier op de bok, fantastisch.
De dag daarna ben ik met Linda gaan rijden, en het ging zo lekker dat ik wel weer een stukje los wilde, ze heeft toen een paar foto's gemaakt.
Geen vraag dus hier, maar ik wil even mijn geluksmoment met jullie delen
We zijn er nog lang niet, ikzelf moet vooral nog veel zekerder worden, maar we komen er samen wel doorheen, met hulp van Gerrie. Wie had dat gedacht