[Recensie]Aanleuning, subtiel samenspel tussen mens en paard

Moderators: NadjaNadja, Essie73, Muiz, Maureen95, Firelight

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
Gem

Berichten: 17548
Geregistreerd: 12-05-07
Woonplaats: Brach

[Recensie]Aanleuning, subtiel samenspel tussen mens en paard

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 07-02-14 14:47

http://www.bokt.nl


Vanaf 15 september 2013 ligt het nieuwe boek van auteur Paul Versluis in de winkel. Versluis: de gebitsverzorger, bittenspecialist, ruiter, wedstrijdmenner, instructeur en trainer, maar al bij aanvang van het boek zo bescheiden dat hij in zijn dankwoord toegeeft niet alle wijsheid in pacht te hebben. Hij laat daarom graag een aantal professionals uit diverse takken van de paardensport en paardenverzorging aan het woord om hun eigen visie over het onderwerp uit te spreken. Zo doet hij in het boek een voorstelrondje met daarin bekende namen als Lammert Haanstra, Eric Laarakker, Gerard Leijten, Laurens van Lieren, Alice Naber-Lozeman en anderen die hij aan het woord laat, met soms verrassend tegengestelde meningen zoals bijvoorbeeld in het altijd beladen onderwerp "hulpmiddelen".

Hoewel ik de auteur niet persoonlijk ken, is zijn naam bij mij wel bekend als wedstrijdmenner, maar vooral als bedenker van "de bittenbank": een probeer- en uitleenservice om kennis te maken met verschillende bitten en zo het juiste bit voor het paard te vinden.

Zoekend op internet naar titels van goede boeken op het gebied van de mensport (zie mijn boekenlijst op AR) wekte de combinatie van titel en auteur direct mijn interesse, niet om de laatste plaats omdat er niet zo heel veel boeken van mennershanden verschijnen. Hiermee zou ik nu de indruk kunnen wekken dat het boek een "mennersboek" is, maar de auteur verdeelt keurig de aandacht tussen ruiters en menners.

Een eerste blik op en in het boek zei mij meteen dat ik niet te maken zou krijgen met gortdroge theorie. Een opluchting, want een keurig verzorgd, prettig geschreven boek met niet te lange hoofdstukken, goed gebruik van kleur, kaders, duidelijke foto's en illustraties is laagdrempelig en nodigt uit om te lezen.

Zoals de titel al zegt gaat het boek over aanleuning, de "zachte, elastische en constante verbinding tussen de hand van de rijder en de paardenmond", internationaal door de FEI "in de hand gesteld" genoemd. En dan niet alleen over de vraag hoe je aanleuning voor elkaar krijgt, zoals in veel dressuurboeken uitgelegd als "van achter naar voor, naar de hand toe rijden", maar alles omvattend: de voorwaarden waaraan de rijder, paard, harnachement, verzorging en training moeten voldoen voordat men kan rijden met een "happy athlete", die schijnbaar moeiteloos alle oefeningen uitvoert die er van hem gevraagd worden.

Elk hoofdstuk is opgebouwd uit een inleidend gedeelte waarin de auteur het onderwerp en zijn visie daarop uitlegt. Daarbij is hij ook kritisch: hij plaatst bijvoorbeeld zijn vraagtekens bij het feit dat het beroep "gebitsverzorger" niet beschermd is. Op de linkerpagina is steeds de mening van één of meerdere professionals te lezen.

Aangenomen dat het dier gezond is en goede leefomstandigheden heeft, begint de auteur die toch in de eerste plaats gebitsverzorger is, uitgebreid met het gebit, de verzorging en mogelijke afwijkingen in het gebit en kaken. Per slot van rekening vormt de mond het communicatiemiddel tussen rijder en paard, dus de mond en het gebit moeten in orde zijn.

Ook het tweede hoofdstuk gaat over bitten: de vele variaties hierin, de werking ervan, maar ook de schijnbaar simpele vraag "wat is een goed bit" wordt besproken. Deze vraag blijkt helemaal niet zo simpel te zijn en wordt uitgebreid behandeld. De auteur vergeet in hoofdstuk 3 zelfs niet het bitloos rijden te noemen. Weliswaar een kort hoofdstuk, want Versluis is geen voorstander van bitloos rijden. Desondanks toch attent dat ook hier aandacht aan besteed wordt, inclusief een verwijzing naar een informatieve site.

De volgende hoofdstukken gaan over de aanleuning zelf. In het vierde hoofdstuk bespreekt Verlsuis hoe je in de training een correcte aanleuning kunt bewerkstelligen als ruiter, welke problemen je tegen kunt komen en waar de oplossingen te vinden zijn. Hoofdstuk 5 is meer toegespitst op de aanleuning en de problemen van het aangespannen paard en meerspannen, waarbij het nog veel moeilijker is om twee of meer paarden met correcte aanleuning te laten lopen dan bij een paard onder het zadel.

De laatste drie hoofdstukken behandelen de randvoorwaarden, waarbij het opvallend is dat de auteur zich na de inleiding van het hoofdstuk "hulpmiddelen" wijselijk terugtrekt en volstaat met het weergeven van de meningen van de professionals. Overigens worden hier voornamelijk de veelbediscussieerde hulpteugels besproken en niet de stemhulpen, zweep en sporen, die ook tot de categorie hulpmiddelen behoren.

In het hoofdstuk harnachement geeft de auteur het woord aan zadelspecialist Tineke Dekker. Tot slot komen de paardenvoeten aan bod. Ik ga ervan uit dat dit laatste stuk, dat ook weer voorzien is van duidelijke foto's, van de hand van hoefsmid Sander van den Berg komt, hoewel de auteur dat in tegenstelling tot het vorige hoofdstuk, niet expliciet benoemt. Het boek eindigt met een handige trefwoordenlijst.

Ik heb het boek met veel plezier gelezen en hoewel ik zelf geregeld menles volg, heb ik wel een aantal keer tijdens het lezen "Oja..." gedacht en "Hee, dat herken ik en kan ik wel proberen". Hoewel je uiteraard nooit zult leren rijden of mennen uit een boek, zal ik dit nuttige naslagwerk er toch af en toe nog wel even bij pakken. Dit boek zal bij ruiters, maar met name ook bij menners die graag meer mensportgerichte dressuurboeken willen lezen, niet misstaan op de boekenplank.

Het boek vind ik het meest geschikt voor menners, menners die ook onder het zadel rijden en ruiters die ook mennen, op alle basisniveaus. Waarom? Omdat de meeste in dressuur gespecialiseerde ruiters hun verbetering en kennis eerder in dressuurtraining, houding en onafhankelijke zit, of in de talloze dressuurboeken van aansprekende grote trainers uit de dressuurwereld zullen zoeken. Mennende ruiters en paardrijdende menners hebben te maken met dubbele sets harnachement, verschillende manieren van dressuur rijden, verschillende hulpen en dus ook een verschillend gevoel in aanleuning tijdens het rijden en het mennen.

Valt er nog iets aan te merken op het boek? Dat moet ik met ja beantwoorden, maar daar kunnen auteur en uitgever niets aan doen. Terwijl het boek net vers van de pers in de winkel belandde, had in de tussentijd de actualiteit het boek helaas al ingehaald: de auteur noemt in het eerste hoofdstuk de NHB in Deurne, waar onder andere de opleiding tot gebitsverzorger gevolgd kan worden. Helaas werd in november besloten dat het NHB ophoudt te bestaan.

Verder verwijst de auteur in het dankwoord naar zijn website voor de volledige interviews met de professionals, mocht de lezer interesse hebben in de uitgebreidere versie van de meningen. Deze interviews zijn echter nog niet geplaatst, maar ik heb inmiddels van de auteur de bevestiging gekregen dat hij hiermee binnenkort aan de slag gaat.

Als laatste opmerking zijn er hier en daar enkele springfoto's geplaatst waarbij ik de uitleg mis of het verband met de onderstaande tekst niet zie. Ook viel me een foto op van een paardengebit waarbij ik mijn twijfels heb bij het onderschrift. Dat kan uiteraard aan mij liggen, of ik heb de gegeven uitleg verkeerd begrepen.

tine10

Berichten: 5075
Geregistreerd: 14-10-08
Woonplaats: in zuid-oost Groningen

Link naar dit bericht Geplaatst: 07-02-14 15:39

Ik heb het boek hier al een tijdje liggen. Om heel eerlijk te zijn, ik heb niets nieuws gelezen. Ik had er meer van verwacht toen ik de aankondiging ervan zag. Beetje jammer.