Vorig onderwerp | Volgend onderwerp
Toevoegen aan eigen berichten Pagina 1 van de 1 [ 13 berichten ]
Plaats een nieuw onderwerp

[AG]“Welkom in het circus!” Over klassieke dressuur in het circus

 
Profiel   

Eurodressage.com
Algemeen

[ img ]
Een klassieke dressuuroefening in het Strassburger Circus in 1952.
Foto: Nationaal Archief/Wikimedia Commons


Dit artikel is geschreven door Silke Rotterman. Haar interesse ligt bij de klassieke dressuur. Zij is bekend van haar gedetailleerde geschiedenisartikelen over de gouwe oudjes in de dressuursport en haar artikelen over klassieke dressuurtraining, die vaak diep op de materie in gaan. Zelf rijdt ze al sinds haar jeugd. Ze heeft enige tijd doorgebracht bij voormalig olympisch kampioene Christine Stückelberger en haar trainer Georg Wahl. Hun klassieke benadering heeft een beslissende invloed gehad op hoe Silke de sport nu ziet. Sinds 2010 werkte ze samen met kolonel Christian Carde, met wie ze ook enkele boeken schreef over de klassieke dressuur. Silke fotografeert ook en schrijft regelmatig artikelen voor internationale paardentijdschriften en -websites, zoals Eurodressage.com

De titel hierboven past zeker bij deze inleiding van de serie artikelen over het circus en dressuurwedstrijden die gaat volgen, maar in feite is het de titel die het bekende Duitse paardensportmagazine St. Georg al in 2009 gebruikte voor zijn verslag van de Europese kampioenschappen dressuur in Windsor, hierbij plaatsten zij een spectaculaire foto van een combinatie tijdens een incorrect uitgevoerd drafonderdeel van de proef.

Wanneer een dressuurcompetitie afglijdt richting té spectaculair, wanneer de experts onder de paardenmensen het gevoel hebben dat de oefeningen gekunsteld worden uitgevoerd of juist ten koste van de correctheid, dan wordt er al snel gezegd dat het “circus rijden” is. In de paardenwereld wordt dit dan ook als scheldwoord gebruikt.

Echter, elke keer als ik zie dat dit woord als scheldwoord gebruikt wordt, dan voel ik een lichte steek in mijn hart en voel ik boosheid opkomen. Mijn eigen idee van het paardrijden in het circus werd ingegeven door het Zwitserse nationale Circus Knie. Ik voel dat niet alleen dit circus dan onrecht wordt aangedaan, maar ook vele andere circussen, die de correcte manier aanhouden van het trainen van paarden, en zo hun gezondheid goed houden gedurende langere tijd.

Deze tegenstelling tussen wat sommige ruiters betitelen als het "circus rijden" en het rijden wat ik zelf doe, heeft mijn interesse aangewakkerd om eens wat dieper in dit onderwerp te duiken. Hiervoor is het noodzakelijk dat ik wat dieper in de geschiedenis duik. Daarna vertel ik over de man die een revolutie teweegbracht in het trainen van paarden voor het circus en die naam maakte met zijn klassieke, paardvriendelijke benadering. Ik heb het hier over Fredy Knie senior, die in 2002 overleed. Hij was ooit de directeur van het Zwitserse nationale circus.

Hij werd wereldberoemd als de jongste hogeschoolruiter in de geschiedenis, nog voor de Tweede Wereldoorlog. Knie werd een pionier vanwege zijn geweldloze manier van werken met paarden en omdat hij dit toegankelijk maakte voor een groot publiek.

Meer nog, Fredy Knie was van origine geïnteresseerd in dressuurwedstrijden en drukte er, in zijn thuisland Zwitserland, in de jaren ’70 en ‘80 een opmerkelijke stempel op. Dit deed hij samen met zijn goede vriend Georg Wahl.

Lang voor Fredy Knie senior ten tonele kwam, hadden circus en dressuurrijden al een paar verrassende raakvlakken.

De oorsprong van het circus
Al sinds mensenheugenis zoeken de mensen naar entertainment voor de spaarzame uren dat ze niet aan het werk waren. In het oude Rome voldeed het wereldberoemde Circus Maximus al aan deze behoefte middels gladiatorengevechten, achtervolgingen door dieren en natuurlijk de wagenraces.

Het circus zoals wij deze kennen, dateert van veel korter geleden, uit de 18e eeuw. In 1767 werd de eerste circus “manège” gebouwd in Parijs, drie jaar later werd de eerste circustent (van linnen) opgezet in Londen. Vanaf het begin speelden de paarden een belangrijke, zo niet doorslaggevende rol.

In zijn artikel “Le Cheval au Cirque” schreef Dominique Denis dat het circus gedurende lange tijd “de tempel van het paard” was. Het circus was inderdaad de plaats waar niet-militaire ruiters hun rijkunsten konden tonen, lang voordat de paardensportcompeties zoals we die tegenwoordig kennen in opkomst kwamen.

De eerste die naam maakte in het circus, na een roemruchte carrière in de cavalerie, was de Engelsman Philip Astley (1742 – 1814). Hij werd geboren in Newcastle, maar richtte een circus op in Londen, waar hij paarden op een verschillende manieren presenteerde: van trickriding tot paarden die kunstjes uitvoerden. Later trok Astley naar Parijs, waar hij opschudding veroorzaakte door 12 paarden en ruiters een soort statige dans te laten uitvoeren.

De Franse hoofdstad werd in de 19e eeuw al snel het hart van de Europese circuswereld, met circus in vaste gebouwen in plaats van tenten.

In 1783 kwam de Italiaan Antonio Franconi (1738 – 1849) naar Parijs, om daar met Philip Astley samen te werken. Later richtte hij zijn eigen circus op, samen met zijn zonen Laurent (1776 – 1849) en Henri (1779 – 1849), waar paarden en paardrijden een belangrijke rol in speelden.

De Franconi’s werden de echte pioniers van het paardrijden in een piste, maar bovenal Laurent. Hij werd door zijn tijdgenoten de “koning van de paardenrug” genoemd, presenteerde verschillende hogeschooloefeningen en introduceerde ze op die manier in de circuswereld. Daarvoor konden deze oefeningen alleen bewonderd worden bij de koninklijke hoven in Europa, en dan met name de zogeheten “School van Versailles” nabij Parijs.

[ img ]
James Fillis en zijn paard.
Foto: Louis-Jean Delton/Wikimedia Commons
De 19e eeuw: Baucher en Fillis
Ook in de 19e eeuw kende twee van de meest beroemde circusruiters van alle tijden, die de bezoekers verbaasden. Het publiek was voornamelijk afkomstig uit de hogere kringen, en vaak ook deskundige ruiters, die niet zo snel tevreden waren als leken.

In Parijs verscheen een zekere Francois Baucher (1796 – 1873). Nadat hij werd afgewezen voor de Franse cavalerieschool in Saumur, werd hij een bekendheid in het circus en tegelijkertijd één van de meest omstreden paardenmensen in Europa. Niet alleen vanwege de (nieuwe) methoden die hij hanteerde – en die tot op de dag van vandaag nog steeds discussies opleveren - maar ook vanwege de spectaculaire oefeningen die zijn paarden lieten zien. Veel daarvan waren nog nooit eerder vertoond.

De wissels om de pas was één van deze oefeningen. Deze werd beschouwd als een compleet onnatuurlijke beweging. Onder andere de Spaanse Rijschool in Wenen wees deze in het circus ontstane oefening langere tijd af, maar hij werd voor het eerst een officieel onderdeel van een FEI-proef tijdens de Olympische Spelen in 1932 in Los Angeles. Sinds die tijd, met uitzondering van 1948, is deze volledig ingeburgerd tijdens internationale kampioenschappen voor senioren.

Terwijl de ideeën van Baucher tot op heden controversieel blijven, kan hetzelfde gezegd worden over de oefeningen die de in Engeland geboren Fransman James Fillis (1834 – 1913) liet zien. Hij volgde Baucher, om niet lang daarna zelf een soortgelijke sensatie in de circuswereld te worden.

Hoewel Fillis Baucher in het buitenland heeft gevolgd, heeft hij nooit met hem getraind. In plaats daarvan trainde hij vanaf 1855 met Francois Caron, een leerling van Baucher. Net als Baucher, werd ook Fillis afgewezen voor de opleiding tot Chief Rider in Saumur, de kroon van het paardrijden in Frankrijk in die tijd. Fillis vertoonde zijn kunsten decennialang in het beste circus van Parijs voordat hij naar Duitsland ging, waar hij tussen 1892 en 1897 aan tentoonstellingen meedeed. Zijn voorstellingen zorgen voor opschudding in de staat Steinbrecht. Fillis’ paarden toonden oefeningen op extreem hoog niveau, zoals galop op drie benen, een soort wip-wap piaffe, Spaanse draf of een beenwissel op de plaats, om maar een paar te noemen. Hij was de eerste die deze oefeningen liet zien en sommige werden ook beschreven in zijn boek “Breaking and Riding”. Hij was ook de eerste die in het circus een appuyement liet zien, een oefening die nu helemaal is ingeburgerd in de FEI-dressuurcompetities, in de Kür op Muziek op Grand Prix–niveau.

Natuurlijk of gekunsteld?
Bacher en Fillis, die ook begenadigd schrijvers waren, stelden de vraag over wat natuurlijk en correct is en wat betiteld kan worden als onnatuurlijk voor het paard.

Een fundamentele vraag bij het werken met paarden, maar ook met betrekking tot paardrijden in het circus, waar tot op de dag van vandaag ook een aantal van deze kunstmatige oefeningen te zien zijn. Dat geldt voor zowel het circus, als voor de moderne dressuurcompetities.

In de 19e eeuw was een bezoekje aan het circus, met name in Parijs, net zo’n sociaal evenement als het bezoeken van de opera of één van de gerenommeerde theaters in de stad. Het circus had zijn eigen permanente gebouw met luxueuze interieurs en werd bezocht door de elite onder de bevolking. Het publiek was veeleisend. Om tevreden gesteld te worden, verlangden zij niet alleen topprestaties, maar ook spectaculaire vondsten.

Beroemde circusruiters als Baucher en Fillis werden op hun beurt hierdoor onder enorme druk gezet, en niet alleen om dag in, dag uit, de paarden het beste van hun kunnen te vragen. Dit zette hen ook aan om nieuwe oefeningen te bedenken, die in de paardenwereld voor het eerst werden vertoond en tegelijkertijd spectaculair waren, maar niet noodzakelijkerwijs natuurlijk voor het paard.

De Franse generaal Albert Decarpentry (1878 – 1956), één van de belangrijkste schrijvers van de originele dressuurregels van de FEI, meervoudig olympisch dressuurjurylid en schrijver van diverse gerenommeerde boeken, ging dieper in op dit vraagstuk: “Voor de circusartiesten is het niet van belang dat enkele kenners bedroefd zijn over de verloedering van kunst, zoals deze tot uiting komt in hun voorstellingen. De circusartiest moet het enthousiasme van de sceptici opwekken door zijn stunts, acrobatiek en bravoure. Extravagante oefeningen, waarvan sommige krankzinnig zijn, zijn noodzakelijk om het publiek te betoveren en belangrijker dan een zuivere vormgeving.”

In principe had Fillis datzelfde eerder ook al toegegeven, door te zeggen dat voor het circus meer nodig was dan alleen piaffe en passage.

Amazones in het circus
[ img ]
Therese Renz en haar paard aan het werk in 1908.
Foto: Internet Archive Book Images/Wikimedia Commons

Het circus was in de 18e en 19e eeuw nog dé plaats om je rijvaardigheid te tonen, speciaal voor vrouwen. Zij hadden in die tijd nog geen mogelijkheden om bij de cavalerie te gaan of naar speciale academische rijscholen, zoals die in Wenen of Saumur.

Zij werden dan ook beschouwd als een sensatie van hun eigen soort. Eén van deze vrouwelijke beroemdheden was de sensationele amazone Therese Renz (1859 – 1938). Ze werd geboren in Brussel, ging op haar 13e al het huis uit en trainde in het Zwitserse Circus Wulff, waar ze op haar 15e haar debuut maakte. Ze trouwde met iemand van het beroemde Circus Renz, waar Gustav Steinbrecht regelmatig paarden trainde.

Renz toonde alle hogeschooloefeningen, inclusief de klassieke sprongen die we kennen vanuit Wenen. Ze werd wereldberoemd als ‘dame blanche’. Compleet in het wit gekleed toonde zij met haar schimmels de hogeschooloefeningen en deed zelfs een soort ‘touwtjespringen’ waarbij zij in amazonezadel gezeten diverse sprongen uitvoerde.

Circus en dressuurcompetities
Het circus bood de ruiters en paarden vaak een kans om hun vaardigheden te tonen aan een groter publiek en naam te maken als ruiter. Omdat het circus in die tijd een goede sociale reputatie had, was het gewoonlijk een grote eer om bij een gerenommeerd circus een paardenshow te doen, of paarden daarvoor te trainen.

Een paard trainen tot ‘hogeschoolniveau’ was en is een tijdrovende klus en regelmatig was het ook niet mogelijk om dat te doen in een circuspiste van dertien meter doorsnee. Een jong paard moet namelijk altijd de mogelijkheid hebben om in rechte lijnen te kunnen lopen en een circuspiste kan dat niet, dus gerenommeerde trainers als bijvoorbeeld Gustav Steinbrecht, uit de 19e eeuw, en Gustav Stensbeck, uit de eerste decennia van de 20e eeuw, trainden paarden voor de Duitse circussen. Stensbeck zelf werd geroemd om zijn ogenschijnlijk wonderbaarlijke ritten, tussen twee oorlogen in, in het Duitse Circus Busch, met zijn paard Ten Drugi.

Echter, toen de dressuursport in 1912 olympisch werd, en tien jaar later de FEI werd opgericht, kregen de mannelijke ruiters en de ruiters uit de cavalerie de mogelijkheid om zichzelf aan het publiek te laten zien en tegen elkaar te rijden. Trainers als de Duitsers Otto Lörke en Oscar Maria Stensbeck (de broer van Gustav) trainden paarden voor hun klanten, die ze later weer uitbrachten, of ze werden voorbereid voor de dressuurstallen van de Duitse cavalarie-opleiding.

Hogeschooldressuur in het circus en in de dressuurwedstrijden leken twee totaal verschillende disciplines, die niet veel raakvlakken hadden, alleen dat ze voor beiden een goed opgeleid paard nodig was om succesvol te zijn. De ene legt de nadruk op het tonen van het individuele talent van het paard en de oefeningen zelf, de andere vereist een vastomlijnd plan met oefeningen in alle drie de basisgangen. De ene wordt beoordeeld door een min of meer kritisch publiek en beloond met applaus, de andere wordt beoordeeld door een jury van experts en beloond met cijfers.

Fillis en de Sovjet-Unie
Er waren nog steeds weinig directe raakvlakken tussen het circus en dressuurwedstrijden, totdat in 1952 de eerste dressuurruiters uit de Sovjet-Unie bij de Olympische Spelen van 1952 in Helsinki weer terugkeerden op het internationale dressuurtoneel, na een pauze van 40 jaar.

Zo’n 50 jaar eerder had James Fillis zijn illustere carrière als circusartiest beëindigd en werd hij de ‘chef rider’ bij de Russische cavalerie-opleiding in Sint-Petersburg. Hij werkte hier van 1889 tot 1909. In die tijd leerden de Russische officieren voor het eerst echt over het trainen van paarden tot op hogeschool-niveau. Het staat buiten kijf dat Fillis en zijn methoden een onbetwiste invloed hadden op de dressuur in Rusland, zelfs tientallen jaren later nog. Gregory Anastasiev, geboren in 1902, en later ook Nikolai Sitko (1914 - 1995) waren invloedrijke studenten van Fillis en op hun beurt beïnvloedden zij, gedurende hun eigen tijd als dressuurtrainers in de Sovjet-Unie, hun eigen leerlingen ook.

In hun artikel over de olympische dressuurwedstrijd van 1952, waar Sitko indruk maakte met de Russisch gefokte Arabische schimmel Cesar, schreef het Duitse magazine St Georg: [i]“De invloed van Fillis was nog steeds te zien in de delicate activiteit van de ruiterhanden, alle paarden waren zacht in de mond. Het was ook heel interessant om te zien dat piaffe en passage hun beste oefeningen waren, Fillis was hier heer en meester in.

De generatie van Russische ruiters met de grootste olympische successen in de jaren ’60 en ’70 reden nog steeds in een stijl waarin je nog steeds de invloed van Fillis kon herkennen. Hun oudere trainers hadden van hem geleerd en gaven deze kennis weer door.

Tot in de jaren ’90 hielden sommige van de Russische topruiters nog steeds teugels vast op de Fillis-manier. Tijdens het derde seizoen van de nieuw opgerichte wereldbekerwedstrijden toonde de bekende teamruiter Yuri Kovshov met zijn paard Buket zelfs een wipwap-piaffe, met daarin een stukje piaffe achterwaarts. Hiermee won hij de kwalificatiewedstrijd in Boulogne-Billancourt, tijdens de herfst van 1987.

Dressuurruiters ontmoeten het circus
Dit veroorzaakte daarop een levendige discussie tussen de leden van het FEI Dressage Committee. Het resultaat was een nieuwe regel, waarbij alle niet-klassieke oefeningen verboden werden.

In Duitsland was bijvoorbeeld Circus Krone de plaats waar na de Tweede Wereldoorlog de hogeschooldressuur werd behouden, door de intussen overleden Christl Sembach – Krone (1963 – 2017). Topdressuurruiters als Josef Neckermann en Dr. Reiner Klimke stelden hun internationale Grand Prix-paarden Mariano en Fabian voor tijdens unieke optredens tijdens het tv-programma ‘Stars in der Manège’. Hier toonden zij de correcte training en uitzonderlijke balans van hun paarden door hun Grand Prix-oefeningen in de ronde cirkel, die de circuspiste is.

Tanya Larrigan, Britse teamamazone van eind jaren ’70, begin jaren ’80, stamt af van een circusfamilie. Zij trainden paarden voor het gerenommeerde Chipperfield Circus in Groot-Brittannië. Tanya reed in 1978 mee tijdens de wereldkampioenschappen in Goodwood en was meereizend reserve van het Britse team tijdens de Olympische Spelen van 1984 in Los Angeles, beide keren met de Hannoveraan Salute.

De Nederlandse Annie van Doorne (1930 – 2004) begon haar carrière als hogeschoolamazone in het Nederlandse Circus ‘t Hoefke. Zij presenteerde daar samen met haar tweelingzus Tiny paarden die zijn opgeleid bij hun familiestal, Doornehof, door Franz Rochowanksy, voormalig ‘chief rider’ bij de Spaanse Rijschool. Nadat het circus zijn deuren sloot, werd Annie dressuuramazone. Zij trainde bij een Oostenrijker en vertegenwoordigde Nederland in 1972 tijdens de Olympische Spelen in Munster, met haar schimmel Pericles (v. Pokal), nadat zij eerder drie keer Nederlands kampioen werd in 1962, 1966 en 1967.

[ img ]
Fredy Knie senior en een paard. Foto: Markus Bärlocher/Wikimedia Commons
Fredy Knie senior: klassieke dressuur in het circus
Echter, het was Zwitserland waar het circus dé plek werd voor topdressuurruiters om hulp te vragen.

De gerenommeerde Duitse trainer Anja Beran, die met haar zelfgetrainde paarden shows gaf bij Circus Krone, benadrukte in 2018, in een artikel voor het Duitse magazine Feine Hilfen, dat “veel circusartiesten erg bekwaam zijn in het trainen aan de hand. Zij gebruiken de zweep onopvallend en zeer precies.”

Het was exact het ongeëvenaarde meesterschap op dit gebied dat de Zwitserse dressuurruiters, vanaf de jaren ’60 gedurende de drie decennia erna, er toe bracht om naar Fredy Knie senior te gaan.

Knie, die stamde uit een circusfamilie, werd wereldberoemd om zijn geweldloze manier van het trainen van paarden: in vrijheid, door ze kunstjes te leren, en om zijn uitmuntende hogeschoolrijden, inclusief de klassieke sprongen. Gerenommeerde dierengedragsdeskundigen volgden met zeer veel interesse zijn werk en bestudeerden zijn methode. Het publiek was, sinds 1938, altijd ook altijd welkom om zijn ochtendtrainingen te volgen!

De paarden van het circus van Knie stonden bekend om hun correcte training in de klassieke dressuur. De sprongen, die sommige van deze paarden toonden, waren qua niveau gelijk aan die van de academische rijscholen. Dit werd bevestigd door niemand minder dan Alois Podhajsky, de legendarische leider van de Spaanse Rijschool, die tijdens zijn pensioen ervan genoot om de ochtendtrainingen van Knie te volgen. Het waren Fredy Knie en zijn familie die decennialang bewezen dat de hogeschooldressuur in het circus het resultaat was van een klassieke dressuurtraining, die rekening hield met de individuele talenten en het temperament van elk paard, en die de paarden soepel en licht aan de hulpen maakt.

Op geen andere plek dan in het circus, met zijn smalle, ronde piste, moeten hogeschoolpaarden meer voorwaarts zijn, soepeler dan wat ook, meer aan de lichtste hulpen staan en gemotiveerd blijven. Dit om niet de beruchte karikatuur te worden die men tegenwoordig, op een bespottelijke manier, aanduidt als ‘circusrijden’, als men het heeft over onzuivere gangen in de hedendaagse dressuurcompetitie. Artikel 419 van de dressuurreglementen van de FEI beschrijft dat “er ooit is begonnen met dressuurcompetities om de kunst van het paardrijden te behoeden voor het misbruik waaraan zij kan worden blootgesteld, en om haar in haar zuiverste vorm te behouden.”

[ img ]
Laatste bericht

Link naar dit berichtGeplaatst: 24-01-23 15:52 



 
Profiel   

Wat een ontzettend informatief en leuk stuk!

Link naar dit berichtGeplaatst: 24-01-23 17:07 



 
Profiel   

Heel interessant artikel.
Ik wil nu alleen wel filmmateriaal zien van een wipwap piaffe. :D Geen idee wat dat moet voorstellen...

Had Fillis trouwens ook niet de galop achterwaarts bedacht?

Link naar dit berichtGeplaatst: 24-01-23 17:43 



 
Profiel   

Ik vind het een sterk artikel en heel interessant! Mogen vaker zulke stukken geplaatst worden!

Link naar dit berichtGeplaatst: 24-01-23 18:01 



 
Profiel   

Heel informatief stuk! Dank voor het plaatsen.

Link naar dit berichtGeplaatst: 24-01-23 21:10 



 
Profiel   

Ibbel schreef
Heel interessant artikel.
Ik wil nu alleen wel filmmateriaal zien van een wipwap piaffe. :D Geen idee wat dat moet voorstellen...

Had Fillis trouwens ook niet de galop achterwaarts bedacht?

Ik zat sowieso al wat op YouTube te zoeken want het klinkt allemaal zo interessant! Niks kunnen vinden helaas

Link naar dit berichtGeplaatst: 25-01-23 19:53 



 
Profiel   

Mooi stuk. Een nakomelinge van de familie Strassburger heeft vroeger nog op mijn eerste IJslander gereden. En een nichtje van mijn mans kant van de familie heeft jaren in een Frans circus opgetreden met haar paarden.

Link naar dit berichtGeplaatst: 25-01-23 19:59 



 
Profiel   

Ja, Annie van Doorne.

Oma heeft haar nog zien rijden 'uit de kunst'...!

Link naar dit berichtGeplaatst: 25-01-23 20:07 



 
Profiel   

Dorine92 schreef
Ibbel schreef
Heel interessant artikel.
Ik wil nu alleen wel filmmateriaal zien van een wipwap piaffe. :D Geen idee wat dat moet voorstellen...

Had Fillis trouwens ook niet de galop achterwaarts bedacht?

Ik zat sowieso al wat op YouTube te zoeken want het klinkt allemaal zo interessant! Niks kunnen vinden helaas


Galop jambette (galop op 3 benen)


Galop achterwaards.

Link naar dit berichtGeplaatst: 26-01-23 14:33 



 
Profiel   

Ohhh superinteressant, ik zocht ook al naar wip wap piaffe! Hoop dat iemand een filmpje kan vinden, ben zo benieuwd hoe het er uit ziet. De filmpjes van de galop op 3 benen en galop achterwaarts zijn heel gaaf, bedankt voor het plaatsen!

Link naar dit berichtGeplaatst: 26-01-23 15:32 



 
Profiel   

ik vermoed dat de see saw/wipwap piaffe eigenlijk een slechte vertaling van balancé is. Ik kan me de term in ieder geval niet voor de geest halen uit de verzameling Baucher gerelateerde boekjes in de boekenkast.

Dit is een piaffe die je tegenwoordig wel in de dressuur ring ziet waarbij het paard veel meer van links naar rechts springt in vergelijking tot een klassieke piaffe

Link naar dit berichtGeplaatst: 26-01-23 15:54 



 
Profiel   

Eric Augereau heeft het wel eens op feestboek gezet.

Keurig in balans achterwaarts in piaffe.

(Piaffe balancé is een wat misleidende naam voor heen en weer naar links en rechts 'wiegen'. Onbalans dus.)

Link naar dit berichtGeplaatst: 26-01-23 18:22 



 
Profiel   

Janneke2 schreef
Eric Augereau heeft het wel eens op feestboek gezet.

Keurig in balans achterwaarts in piaffe.

(Piaffe balancé is een wat misleidende naam voor heen en weer naar links en rechts 'wiegen'. Onbalans dus.)


Eens met je laatste opmerking. Maar balance en piaffe zijn eigenlijk gescheiden. Een vertalingskwestie lijkt me nog altijd het meest voor de hand liggend.

Achterwaarts in piaffe heb ik in ieder geval nog nooit gedefinieerd zien worden als "see saw" Ook niet op de facebook van Eric Augereau maar dat kan ik uiteraard gemist hebben. Eric is trouwens wel een geweldige ruiter.

Jorge Gabriel kan er ook wel wat van trouwens als we het hebben over een piaffe achterwaarts ;)

Omhoog

Link naar dit berichtGeplaatst: 26-01-23 18:34 

Plaats een nieuw onderwerp  Plaats een reactie
Pagina 1 van de 1 [ 13 berichten ]
Vorig onderwerp | Volgend onderwerp




Zoek naar
Inloggen