[verhaal] rennen tegen vroeger

Moderators: Muiz, Firelight, NadjaNadja, Essie73, Maureen95

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
Manou

Berichten: 3380
Geregistreerd: 30-05-04

[verhaal] rennen tegen vroeger

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 31-05-06 23:01

Dit verhaal kwam ik net weer tegen tijdens het opruimen van mijn computer. ik heb het gemaakt tijdens een workshop en wegens tijdgebrek toen het einde afgeraffeld. Al een hele tijd wist ik hoe ik het einde wel wilde hebben. Het is nu veranderd en ik ben benieuwd wat jullie er van vinden. Het valt me op dat ook hier de thema's in zitten die veel vaker in mijn verhalen zitten.



Rennen tegen vroeger

Eerst probeerde ze de stemmen buiten te sluiten, maar de woorden sneden als vlijmscherpe messen door haar heen. Achter de bomen werd een scooter gestart. Gespannen wachtte ze af of hij wegreed, maar nee. Ze zouden toch niet achter haar aan komen? Ze kon niet meer blijven staan, het werd haar te veel, ze begon te rennen over het knisperende schelpenpad dieper het bos in. Weg, weg van deze nachtmerrie. Naast haar rende haar hond Donja vrolijk blaffend mee. Zij begreep niet dat haar baasje niet wilde spelen. Het schelpenpad maakte en scherpe bocht naar rechts en ging over in een houtsnipperpaadje. De snippers waren nog licht van kleur en roken naar de frisse geur van dennenbomen. De bomen glommen van de regen die kort daarvoor was gevallen en bij iedere windvlaag schudden de bomen de druppels van zich af. Op open plekken waar de zon de grond verwarmde stegen de vochtige dampen op. De kleine plekjes waar de zon de aarde bereikte dansten in de wind. Diezelfde wind liet haar bruine haar in haar gezicht dwarrelen waar op haar wangen plakte in haar tranen. Maar dit alles ontging haar, ook niet dat ze buiten adem raakte en haar keel pijn deed van het huilen en het rennen. Ze dacht alleen aan de situatie waarin ze was beland. Waarom was het al in haar eerste schoolweek op deze school misgegaan? Had ze zich te veel blootgegeven? Waarom waren ook hier woorden die vlijmscherp de nog zo verse wond weer opende? Zonder dat ze het merkte raakte haar voeten de grond niet meer. Zwevend kwam ze naar beneden, steeds horizontaler, tot ze met een smak op de laag natte takjes, aarde, bladeren en dennenappels landde. Ze bleef liggen, niet merkend dat ze was gevallen. Ze voelde geen pijn, alleen wanhoop en verdriet door haar hele lichaam. Donja snuffelde aan haar, gaf een warme, zachte, maar vooral natte lik en ging er naast zitten. De tijd ging voort, maar ze besefte niet dat de schemering vorderde. Ze besefte alleen maar die twee gevoelens. Opeens
klonk vlakbij haar het geluid van brekende takjes. Een jongen en een herdershond stonden naast haar. De jongen was lang, niet zo breed en droeg een donkere broek en jack. Hij keek ongerust om zich heen, toen knielde hij en legde zijn hand op haar schouder. Ze schrok van die hand en angst gierde door haar lijf. Wie was deze hand? Wat voor bedoelingen had deze hand? De doodse stilte leek een eeuwigheid te duren, toen sprak de jongen. “Sandra?” Klonk het onzeker. Ze draaide haar hoofd om. Het gezicht kwam haar bekend voor, maar ze wist zijn naam niet. “Ik ben het, Rolf, van school.” Rolf? Rolf, die zat bij scheikunde achter haar? Moeilijk al die nieuwe namen. “Ja,” fluisterde ze moeizaam. “Wat is er met je gebeurd dat je hier op die koude, natte grond ligt?” “Ik wilde… ik wilde wegrennen voor… voor.” Haar wanhoop en verdriet waren op volle kracht terug, ze begon weer te huilen. “Kom eerst eens overeind,Sandra, je koelt veel te veel af.” Nu pas drong de kou tot haar door. Rillend en trillend ging ze staan. Rolf pakte haar vast om te voorkomen dat ze weer viel en veegde de aarde van haar gezicht. “Kan je nog lopen?” Onzeker keek ze hem aan. “Waar gaan we dan heen?” “Ik woon daar aan de rand van het bos. Dan kan je daar warm worden en kalmeren.” “Ik wil liever naar huis.” “Is er iemand thuis?” “Nee, maar als ik thuis ben, ben ik veilig voor die jongens.” “Welke jongens,” vroeg Rolf bezorgd. “Jongens uit mijn klas, die… die zo schelden en die scooters.” “Marco en zijn vrienden zeker?” “Ja, van af de eerste dag al.” “Die doen altijd zo, daar moet jij je niks van aantrekken.” “Maar… maar dat kan… ik niet,”zei ze tussen de snikken door. “Niet na… vorig jaar.” Ze zakte weer op de grond en huilde nog erger. Rolf bleef haar vast houden en probeerde haar weer op haar benen te krijgen. “Sandra, kom mee, dan kan je thuis alles vertellen.” Hij leidde haar met zijn
arm om haar heen naar zijn huis, terwijl ze nog steeds huilde. In zijn huis was het lekker warm. Terwijl ze met een warme deken en een beker dampende thee op de bank zat, hoorde ze Rolf aan iemand anders de situatie uitleggen. Daarna kwam hij naast haar zitten met ook een beker thee. “wil je me vertellen wat er gebeurd is, dat je zo geraakt wordt door die pestkoppen. Ik vind ze ook stom. Ze spelen echt een machtsspelletje en proberen je in hun macht te krijgen.” Sandra slikte diep. Ze moest het vertellen, nu hij haar zo had geholpen en ze kon het hier toch niet voor haar houden. “Mijn broertje is vorig jaar door een ongeluk om het leven gekomen. Hij werd geraakt door een scooter die veel te hard reed, toen we uit school kwamen.” “Wat afschuwelijk.” Rolf probeerde haar te troosten, maar het duurde lang totdat ze wat rustiger werd. Daarna vertelde ze hem over de uren daarna in het ziekenhuis, angstig afwachtend, tot de arts meedeelde dat Erik overleden was. Toen ze was uitgesproken was het lang stil, tot Rolf de stilte verbrak. “Wat erg voor je. En dan nu die vervelende kinderen, die met die lawaaierige scooters je daar weer aan herinneren. Misschien weet ik een oplossing voor een deel van het probleem. Als je dit op school uitlegt kan je misschien wel naar de andere klas gaan. Daar zit ik ook en bij ons zitten niet van die types. Het is zo’n hopeloos groepje in die klas. Al van af de eerste klas worden we gek van ze. Je bent echt niet de eerste die overgeplaatst wordt wegens hun. Maar ze hebben nog nooit iets gedaan waardoor ze van school gestuurd kunnen worden, dus het is maar wachten tot ze uit zichzelf vertrekken. Dus dat zal na hun eindexamen zijn” “Goed, ik zal het gaan vragen. Dankjewel. Ik ben echt blij dat je me gevonden hebt,”antwoordde Sandra en lachte door haar tranen dapper.