een paard dat verkeerd aanspringt doordat hij in het verleden altijd zelf heeft mogen zijn sterkste galop kiezen is dus in de galop andere galop het zwakste en minst sterk. De minst sterke kant moet getraind worden aan de longe door tempo wisselingen te maken en de voltes kleiner en terug groter te maken. Wat betreft dan het verkeerd aanspringen is de binnenstelling niet altijd en meestal niet het gewenste en het maakt het paard op zijn slechte kan nog moeilijker om dan goed aan te springen. Omdat je hem als het ware naar binnen te veel laat kijken en dat zijn achterbeen en voorbeen geen ruimte krijgt om goed te kunnen plaatsen. IK zou zeggen van goed buitenteugel( aan de longe, met bijzet of dubbele longe), dus mss iets buitenstelling en zo krijg je ruimte om de benen goed te plaatsen en de juiste volgorde, eerst binnenachterbeen en dan binnenvoorbeen. Dit gepaard gaan met een tik op de kont of bovenachterbeen. Eens vertrokken vraag je lichtjes binnenstelling en goed voorwaarts laten galoperen en natuurlijk belonen.
Als je zo je paard kan rijden op die buitenteugel(halve ophouding) en de juiste galop vragen dan kan je paard in de koets ook doen wisselen, zelfs op rechte stukken kunnen onze paarden wisselen. Bij ons lukt dit 8 van de 10 keer. Bij de een moet je meer buitenteugel vragen als met de andere het is een kwestie van de juiste dosering te vinden. Wij laten onze paarden wisselen voor de bocht door richting aan te geven met de zweep en lichte stelling en goed buitenteugel. De meeste paarden gaan zelf wisselen in de bocht of na de bocht, je moet je paard eigenlijk voor zijn want anders doe je het zelf niet en leer jij je paard ook niets.