Freyr schreef:Maar, 2 verschillende paarden in deze periode. Allebei gaan ze vaak ook hard en kunnen ook sterk worden. Op dat moment biedt je weerstand en bij mij volgt uit die weerstand dan nagevelijkheid. Hoe gaan jullie hier mee om/wat is jullie gedachte hierover?
Goede vraag, nu het antwoord nog...
Veel mensen in de paardensport kennen vooral wat kreten en trucjes, en veel ruiters zijn 're-ageerders'. Dwz: paard doet iets minder ideaals, en we reageren 'om het op te lossen'.
Paardrijden is een denksport.
Waarom gaat dit dier nu hard...?
Wat zit er achter dat 'sterk worden'...?
Citaat:
Kun je een paard wat hard of snel gaat rijden zonder een weerstand biedende hand?
Als leerling van Linda Tellington : ja.
Gewoon op neckrope of balansteugel.
Citaat:
Of; het paard gaat te snel, de hand onderandere zegt daar nee tegen, paard komt meer in balans en daar komt de nagevelijkheid vandaan?
.... ik snapte dat rare verhaal nooit, en in 1976, oma vertelt, hoorde ik Rien van der Schaft zeggen dat het niet klopte.
"Jij trekt, en dan zou je dier ontspannen...?"
'Helaas' is Van der Schaft natuurtalent en kon hij bepaalde dingen niet echt uitleggen.
My two cents :
1) je eigen zit en vooral buikspieren. Laat ook je buik niet te ver mee naar voor gaan in het meezitten, maak je bovenlichaam lang en llicht, gebruik je harapunt, doe centered riding etc.
2) Het verhaal van Karin Leibbrandt: doe eerst je dier in verticale balans : dat geeft rust, ontspanning en (contra Rolf: ) ruimte in de wervelkolom. (Millimeters kunnen erg belangrijk zijn.)
Van nature gebruikt een paard de hals voor het evenwicht, daar kun je gebruik van maken om verticale balans aan te leren.
Nadat je het zwaartepunt van het paard en de combinatie recht onder de wervelkolom van het paard hebt, kun je het zwaartepunt terug gaan brengen = verzamelen.
Een dier dat gigantisch stuwt ipv draagt met de achterbenen is zelden in 'wat voor balans dan ook' en voelt zich wiebelig - en is dat ook. En misschien is het dier stiekem "blij" met de ruiter die tien kilo in de hand heeft : het voelt niet fijn, maar het voorkomt omvallen.
En nagefelijkheid zie ik als ontspanning (das Skala : losgelassenheit) van het hele paard tot en met het kaakgewricht.
Dat kaakgewricht is misschien wel het lastigst te ontspannen gewricht... Ik gebruik het vooral als informatiebron: voel ik 'vastpakken', controleer ik de verticale balans, als ik denk dat die echt goed is vraag ik lengtebuiging. Als gevolg daarvan voel ik dan weer ontspanning in de mond.
Velen 'spannen het paard achter de wagen' : met gehengel aan de teugels 'moet het kaakgewricht ontspannen' (.. nooit gesnopen...) en doorgaans levert het gedoe op. (Frustratie 'dat hij bij een simpele oefening niet beneden blijft' , en dan maar harder, sneller of gewiekster trekken. Dat de verticale balans verloren ding, voor of tijdens de oefening wordt niet op gelet, vaak.)