kwita schreef:Hier zo een onzeker groot meisje, dat is ook de reden dat ik graag paardrijd maar puur recreatief.En mij ook de vraag rijst waarom wil jeje kind aan zoiets blootstellen, Wil ze het zelf ook wel?
Zelf had ik een andere ervaring met mijn kind die verrassend kalm blijft en ook een keer onderling een bixi wilde ....Ze deed vreselijk haar best onze pony met western outfit en zij dus ook en echt ookal liep ik er naast het ging supergoed ik geloof dat ze 2e was, Tot er na de prijsuitreiking er een top kakdame even verhaal kwam halen dat van die boerse recreanten net als ons niet mee zouden mogen doen, en nog veel meer kwetsende relaas.....
Man dat heeft impact gehad op mijn kind....ze wilt nooit geen wedstrijd meer doen met de paarden omdat ze bang is dat er overal van die kwade dames lopen!
Afgelopen zaterdag had ze turn wedstrijd ze was 2e en wat zei ze gelukkig zijn er hier geen boze mensen, er zit 2 jaar tussen.Maar een voltige wedstrijd durft ze niet....straks is die vrouw er weer...
Dat is echt eeuwig zonde,maar wie weet tijd verzacht alle wonden!
De jury nam het destijds voor ons op, en de dame in kwestie is goed onderhanden genomen.....
Ook gaf de jury en de organisatie mijn dochter echt positieve after-care Het is voorgoed verbruid!
Niet iedereen is mentaal sterk genoeg voor een wedstrijd, wees daar als ouder ook allert op.
Ik zie het nog steeds als mijn fout , ik heb haar daar naar toegebracht.En ja ik weet het het is pech hebben dat die vrouw haar teleurstelling niet anders kon verwerken!
Door mee te gaan in dingen die ze liever niet doet maar wel kan niet te laten doen help ik haar niet mee.
Kritiek is ook geen probleem maar haar laatste plek benoemen is wel heel confronterend.
https://psychogoed.nl/hoe-help-je-een-o ... -jaar-oud/
5. Pas op met kritiek, maar wees wel realistisch
Onzekere kinderen zijn erg gevoelig voor kritiek of correcties. Ze kunnen hier heel boos of verdrietig van worden. Houd hier rekening mee. Geef correcties of aanwijzingen op een rustige, niet-vijandige manier. Let op de woorden die je gebruikt. Geef nooit kritiek gericht op je kind zelf (“Jij bent altijd zo druk”), maar richt je op het gedrag van je kind en geef een suggestie ter verbetering (“Je reageert heel snel, probeer eerst na te denken”). Je hoeft bij onzekere kinderen ook niet alleen maar positief te zijn, dan ben je niet oprecht en realistisch en dat voelen kinderen aan. Wees dus wel eerlijk, maar let op de manier waarop je aanwijzingen geeft. Leg je aanwijzing uit op een rustige toon en vertel wat je kind anders kan doen. Je kind zal de situatie zo beter begrijpen en leert er meer van.
6. Stimuleren
Als je kind vanuit onzekerheid iets niet durft of niet wil doen, is het belangrijk om je kind te stimuleren het toch te doen. Door wel mee te gaan in de wens van je kind, zodat hij iets wat spannend of moeilijk is niet hoeft te doen, zal zijn onzekerheid alleen maar groeien. Je kind kan pas zelfvertrouwen opdoen, als het merkt dat iets wat van tevoren moeilijk leek toch lukt. Stimuleer je kind dus om spannende situaties wel te doen. Is dit te eng, en klapt je kind helemaal dicht of krijgt hij een woedeaanval? Doe het dan in kleine stapjes en bespreek van tevoren hoe je kind het kan aanpakken.