Algemeen
Dit paard heeft een goed ontwikkelde bovenlijn. Foto: Marlies Trap Fotografie
Dit artikel werd geschreven door Sophie Baker, voor de FEI. Sophie schrijft over de paardensport, is een enthousiaste dressuuramazone en doet zo af en toe ook aan springen.
Wil jij ook een paard met een goed ontwikkelde bovenlijn? Dat kan je bereiken door een combinatie van training en conditie. Het maakt niet uit of je een duur paard hebt, of een minder duur paard, bij elk dier kun je de bovenlijn trainen.We gaan er hierbij wel van uit dat je paard gezond en fit is.
In dit artikel lees je wat je kunt doen om die bovenlijn te ontwikkelen.
De eerste stap is het beoordelen van de huidige conditie en de bovenlijn van je paard. Arme bespiering is op de schoft, rug, lendenen en kruis, kan zeker beter ontwikkeld worden. Deze arme bespiering kan verschillende oorzaken hebben:
- slecht of onvoldoende voer
- ouderdom
- jong paard dat nog niet volledig ontwikkeld of nog in de groei is
- weinig beweging of weidegang
- kreupelheid
- niet passend zadel
- een verkeerde manier van bewegen
- aandoeningen aan spieren of skelet, bijvoorbeeld polysaccharide storage myopathy (PSSM)
- medische problemen, bijvoorbeeld cushing
Als het gebrek aan bespiering in de bovenlijn het gevolg is van een medisch probleem, slecht of onvoldoende voer, kreupelheid of een slecht passend zadel is het natuurlijk belangrijk dat je hier eerst samen met een professional naar gaat kijken.
Je paard is een atleet. Behandel hem ook zo. Voer hem voldoende eiwitten en energie. Zorg dat hij in goede conditie is en geen tekorten heeft aan belangrijke vitaminen en mineralen. Het is cruciaal dat hij zich goed voelt en het rijden leuk vindt, als je zijn bovenlijn wilt ontwikkelen.
Er zijn echter gevallen bekend waarbij het paard een onderontwikkelde bovenlijn heeft omdat het niet op de juiste manier getraind wordt. Dit zie je ook bij mensen die sporten zonder daarbij specifieke spiergroepen op te bouwen. In plaats daarvan kunnen ze ook gerichte fitnessprogramma’s doen om bepaalde spiergroepen sterker te maken.
Bij een paard dat zes keer per week werkt zonder dat hij zijn rug gebruikt, zul je ook minder spieropbouw zien op de bovenlijn dan bijvoorbeeld bij een paard dat wel drie keer per week over de rug gereden wordt.
Overgangen rijden
Overgangen kunnen bij veel dingen helpen. Ze helpen je paard zijn hele lichaam te gebruiken, en kracht en balans op te bouwen door de achterhand te activeren en rug en nek op te tillen.
De tijd die je besteedt aan het rijden van overgangen is zelden slecht besteed. Het maakt hierbij niet uit of de overgang voorwaarts is, of juist terug, of dat je tempowisselingen rijdt.
Lang en laag
Je paard lang en laag rijden is een goede manier om de bovenlijn te ontwikkelen. Let er dan wel op dat je op de juiste manier contact zoekt en over de hele bovenlijn werkt met een elastisch frame. Op deze manier zal de spieropbouw niet strak of pijnlijk zijn.
Dit kan omdat het paard dan het kruis, de schoft, de schouder, de achterhand, de rug en de nek tegelijk gebruikt. Het helpt het paard om soepel te bewegen en zijn spieren los te laten. Het is ook de basis van een goede verbinding en helpt je om je paard met een bergopwaarts frame te rijden, zodra hij er klaar voor is.
Wil je meer weten over voorwaarts-neerwaarts rijden, dan kun je dit (Engelstalige) artikel lezen.
Achterwaarts gaan
Een andere oefening die erg goed is om de bovenlijn te ontwikkelen, is achterwaarts gaan. Als je paard dit nog niet onder het zadel kent, kun je dit een paar keer per week vanaf de grond doen.
Als een paard achterwaarts gaat, komt de achterhand er meer onder. Dit stimuleert hem om zijn achterhand te gebruiken. Dit werkt alleen als het dier zijn nek niet gebruikt om zich schrap te zetten tijdens de oefening.
In eerste instantie zijn enkele passen meer dan voldoende, later kun je meer passen achterwaarts gaan en zelfs achterwaarts gaan op heuvelachtig terrein.
Heuvels rijden
Als je heuvels op gaat, en er weer vanaf, help je je paard om al zijn spiergroepen te trainen en de spierspanning te verhogen, net als dat jij iets harder moet werken als een heuvel op loopt, in plaats van op vlakke ondergrond. Het is een goede manier om hem te helpen zijn achterhand te gebruiken en het maakt de rug en het bekken sterker. In het begin kan je dit in stap of een rustige draf doen.
Heuvel op en heuvel af, beide is even effectief en beide stimuleren het paard om de bovenlijn op een natuurlijke manier te gebruiken. Zodra je paard meer kracht en balans heeft, kan je ook in een snelle draf of galop van de heuvel af. Dit kan ook aan de longeerlijn.
Balken en cavaletti
Het gebruik van balken, cavaletti en kleine hindernissen tijdens de training, is ook een goede manier om de bovenlijn te ontwikkelen.
Ze helpen je paard om zijn lichaam op de goede manier te gebruiken, ze stimuleren een meer activiteit van heup en achterbeen en een opgeheven rug. Je zult merken dat je paard zijn hals wil strekken om balans te vinden boven de balken. Dit moet je zeker stimuleren.
Je kunt veel verschillende oefeningen doen: van simpel over balkjes lopen op de volte tot heel complex als waaiers en vormen, met daarin een overgang. Om je een beetje op weg te helpen zijn hier drie (Engelstalige) oefeningen met balken die helpen om je paard sterker te maken.
Wat kun je nog meer doen?
Als aanvulling op correct aan het werk gaan, kan het voor de ontwikkeling van de bovenlijn ook helpen om een aantal aanpassingen te doen in de dagelijkse routine. Als eerste: zoveel mogelijk weidegang. Dan zal je paard al meer gaan bewegen. Als je het paard buiten kunt zetten op een heuvelig of oneffen terrein is dat zelfs nog beter.
Je kunt ook elke dag even stretchen met een wortel. Gebruik deze om je paard aan te moedigen om zijn neus naar zijn knieën te brengen, naar zijn borst of naar een van beide heupen. Ga niet verder dan wat je paard aankan zonder verder te bewegen of zich schrap te zetten – in de loop van de tijd zal hij steeds een beetje verder komen. Dit helpt je paard om kalm en soepel te blijven, maar ook om zijn totale lichaamshouding te verbeteren. Ook kan dit vermoeidheid en spierpijn verminderen.
Tot slot kun je ook longeren in het dagelijks programma opnemen, het verbetert zijn fitheid, kracht en spierspanning. Dit moet dan wel op de juiste manier en doelgericht gebeuren. Als je je paard op juiste manier longeert, kan hij zijn rugspieren goed ontwikkelen zonder het gewicht van een ruiter en zadel op zijn rug.
Een longeersessie zou een aantal dingen moeten bevatten: overgangen, volte openen en sluiten, balkjes lopen, enzovoorts. Dit stimuleert je paard om zijn hele lichaam te gebruiken.
Weet je niet hoe je goed longeert? De FEI heeft een (Engelstalig) artikel met tips voor het longeren. Het is altijd goed om een ervaren persoon te vragen om je te helpen. Op de site van de FEI kun je nog meer (Engelstalige) artikelen vinden met advies over allerlei onderwerpen.