Idee voor een Wiki artikel? Lees in dit artikel hoe je kunt helpen!

Hoe schouderbinnenwaarts

Uit Bokt
Schouderbinnenwaarts

In dit artikel wordt uitgelegd hoe je de oefening Schouderbinnenwaarts uitvoert.

De hulpen

Als voorbereiding op schouderbinnenwaarts wordt schoudervoor gereden. Hierbij wordt de voorhand slechts licht naar binnen gebracht en wordt er over 4 (dicht bij elkaar liggende) sporen gereden in plaats van 3.

Het makkelijkst is schouderbinnenwaarts aan te leren vanuit een wending omdat dan de buiging van de wending in de schouderbinnenwaarts meegenomen kan worden.

Om schouderbinnenwaarts aan te leren is het aan te raden om te beginnen in stap.

  • Tijdens de laatste pas van de wending wordt het paard niet rechtgesteld maar wordt de buiging en stelling behouden.
  • De binnenhand behoudt de stelling met een vriendelijke verbinding.
  • De buitenhand houdt de voorhand naar binnengebogen en begrenst indien nodig.
  • Het binnenbeen onderhoudt de buiging in het lichaam.
  • Het buitenbeen begrenst en indien nodig, drijft de voorhand naar binnen.

Het paard zal nu de volte opnieuw in willen zetten maar om dit te voorkomen:

  • begrenst de buitenhand niet langer maar geeft ruimte aan de buitenzijde om hoefslag te kunnen volgen,
  • duwt het binnenbeen het lichaam in de richting van de hoefslag,
  • behoudt de binnenhand de stelling en
  • staat het buitenbeen toe maar begrenst indien nodig.

Na enkele passen kan dan weer een kleine of grote volte ingezet worden om de oefening netjes af te werken en het paard weer in balans te brengen. Ook als het paard de buiging verliest tijdens de oefening, onmiddellijk weer een volte inzetten om zo het paard even te laten ontspannen en de buiging weer te bevestigen.

De uitvoering

Bij schouderbinnenwaarts is het paard licht naar binnen gesteld en is het gebogen van nek tot staart. De beenzetting loopt over 3 sporen en het binnenachterbeen wordt midden onder de massa gebracht.

Het is belangrijk dat bij de inzet de voorbenen van de hoefslag geleid worden en dat de achterbenen op de hoefslag blijven lopen. Uitzwaaien met de achterhand wordt als een grote fout beschouwd.

Afhankelijk van de oefening die volgt na de schouderbinnenwaarts wordt het paard weer rechtgesteld met behulp van de buitenteugel en het binnenbeen door de voorhand weer voor de achterhand te plaatsen. Als er een wending volgt na de schouderbinnenwaarts (bij B door een S van hand veranderen) wordt er niet rechtgesteld. Op het einde van de lange zijde wordt het paard wel rechtgesteld want de oefening duurt tot de hoekletter (6 meter uit de hoek) en een hoek wordt pas 3 meter na de letter ingezet (theoretisch).

Problemen

Paard loopt weg over de schouder

  • De buitenschouder meer begrenzen met de buitenteugel.
  • Controleren of er niet teveel binnenstelling gevraagd wordt door binnenhand.
  • Schuin de rijbaan inrijden om zo paard weer recht te richten aan buitenhulpen, daarna weer inzetten met correcte lengtebuiging.

Achterhand zwaait uit naar buiten

  • Bij de inzet de voorhand naar binnen begeleiden.
  • Controleren of het binnenbeen nog steeds vlak achter singel ligt en niet te ver naar achteren ligt.
  • Meer begrenzen met buitenbeen.

Paard slingert over hoefslag tijdens schouderbinnenwaarts

  • Kortere stukken schouderbinnenwaarts rijden om balans te bewaren.
  • Ogen richten op een vast punt aan het einde van de hoefslag.
  • Schouderbinnenwaarts op binnenhoefslag rijden zodat paard geen steun heeft van aanleuning van omheining.

Paard verliest buiging

  • Volte inzetten en buiging herstellen.
  • Schouderbinnenwaarts op volte rijden om zo meer draagkracht en souplesse te ontwikkelen.
  • Buiging vanuit de wending/volte meenemen.

Paard verliest impuls

  • Kortere stukken schouderbinnenwaarts rijden.
  • Schuin de bak inrijden, rechtstellen en enkele passen verruiming vragen om voorwaartse drang op te wekken, daarna weer schouderbinnenwaarts inzetten.
  • In een iets hoger tempo beginnen.
  • Schouderbinnenwaarts op de volte oefenen om zo het paard sterker te maken in deze oefening.

Tips

  • Begin de eerste keren met enkele passen waarbij takt en regelmaat behouden moeten blijven. Wanneer dit lukt, kan de schouderbinnenwaarts uitgebouwd worden tot een afstand van 20 meter.
  • Om de schouderbinnenwaarts te verbeteren is het rijden van schouderbinnenwaarts op een grote volte een goede oefening. Door de lijn van de volte moet het binnenachterbeen nog meer onder de massa treden dan op een rechte lijn. Hierdoor is deze oefening zwaarder, maar zorgt er ook voor dat er meer verzameling bereikt wordt.
  • Rijd geen lange stukken schouderbinnenwaarts maar oefen vaker de inzet en het weer rechtrichten erna.

Bronnen, referenties en/of voetnoten

  • Handboek voor de ruiter, Holzel & Plewa