Meerspan

achtspan bonte Shetlanders tijdens het ringsteken

Een zes- of meerspan is een wagen, koets of soms slee die getrokken wordt door zes of meer trekdieren, zoals paard, ezel of os, meestal twee aan twee voor elkaar ingespannen.

Optuigen

Borsttuig of Gareel om de hals leggen, halve slag draaien met de manen mee.
Schofttuig (bij vaste strengen alleen de binnensingel vast)
Broek (handbreedte onder zitbeen)
Rugriem (vastmaken aan het schofttuig en culeron onder de staart vastmaken)
Strengen (opsteken onder de kruisriem)
Menhoofdstel
Leidsels vastmaken aan de scharen van de stangtrens (opsteken onder de rug- en staartriem|rugriem)

Inspannen

De achterste twee paarden worden ieder aan een kant van de disselboom gezet en vastgezet aan de kar door middel van strengen. De voorste twee paarden worden door middel van strengen aan de achterste paarden verbonden, met een koppelriem aan de disselboom.
Disselriemen vast maken(tegenwoordig heb je daar ook wel een ijzeren staaf die vast zit op de disselboom, voor wedstrijden staat echter in het reglement dat tussen dat ijzeren staafje en de paarden een ketting van min 2 schakels/of toch een leren riempje moeten zitten)
Linker paard buitenstreng vastzetten aan de zweng, daarna binnenstreng vastzetten
Rechter paard buitenstreng vastzetten aan de zweng, daarna binnenstreng (strengen door de strengdragers geleiden)
Leidsels over naar de linkerkant gooien en vastmaken
Middenspan ervoor zetten
Leidsels kruislings aan het bit vastmaken.
Voorspan ervoor zetten.
Leidsels door de ogen aan het menhoofdstel van het middenpaard en daarna achterpaard halen en via de leidselsleutel naar achteren leiden
Koppelriemen vast maken
Buitenstreng linker voorpaard vastzetten, daarna de binnenstreng
Buitenstreng rechter voorpaard vastzetten, daarna de binnenstreng