Idee voor een Wiki artikel? Lees in dit artikel hoe je kunt helpen!

Predikaat (KWPN)

Uit Bokt

Predikaten zijn onderscheidingen die verleend worden aan paarden die zich binnen een groep positief onderscheiden.

Dressuurpaarden

Het KWPN kent de volgende predikaten voor dressuurpaarden:

Ster
Keur
PROK
IBOP
EPTM
Elite
Sport
Preferent
Prestatie

De laatste 4 predikaten kunnen postuum worden toegekend. [1]

Dressuurmerrie Nadine heeft het predikaat Sport dressuur en het predikaat Elite ontvangen.

Merries

Een merrie krijgt het predikaat Ster als ze in het stamboek is opgenomen, minimaal 1.60 meter is, minimaal 70 punten voor exterieur en minimaal 75 punten voor beweging gehaald heeft. Als de merrie een Sportpredikaat dressuur heeft of een IBOP/EPTM predikaat dressuur heeft, kan van de beweging vrijstelling worden verleend.

Als je paard Ster is word je uitgenodigd voor de Centrale Keuring. Deze is per provincie. Op de Centrale Keuring kan een merrie Voorlopig Keur worden verklaard. Als de merrie het predikaat IBOP/EPTM heeft behaald of een sportprestatie heeft behaald van minimaal Z1 + 1 dressuur of M + 5 samengestelde wedstrijdsport wordt ze Keur verklaard.

Voor het predikaat Sport dressuur moet een merrie in de fokrichting Rijpaard of discipline dressuur geregistreerd staan en in de klasse Z2 één winstpunt behaald hebben. Voor het predikaat Sport samengestelde wedstrijdsport moet een merrie in de fokrichting Rijpaard of discipline dressuur geregistreerd staan en in de klasse Z 5 winstpunten behaald hebben.

Voldoet je merrie aan de röntgenologische eisen die worden gesteld in het veterinairreglement van het KWPN, dat krijgt ze het PROK-predikaat. Als de merrie slaagt voor de IBOP-test, krijgt ze het predikaat IBOP. Als de merrie slaagt voor de EPTM-test, krijgt ze het predikaat EPTM. Als een merrie zowel Keur als PROK is verklaard, krijgt ze het predikaat Elite.

Indien de merrie minimaal 3 bij het KWPN geregistreerde nakomelingen heeft die minimaal ster zijn of minimaal in de 2e bezichtigingsronde zijn geweest van de hengstenkeuring, wordt zij Preferent verklaard.

Indien 3 bij het KWPN geregistreerde nakomelingen gezamenlijk minimaal 5 punten hebben behaald volgens de onderstaande puntentelling, krijgt de merrie het predikaat Prestatie.

Aanlegtest hengsten volledig doorlopen: 1 punt
Aanlegtest merries behaald met minimaal 90 punten: 1 punt
Dressuur Z1+1: 1punt
Dressuur Z2+1: 2 punten
SGW M+5: 1 punt
SGW Z+1: 2 punten
Springen M+5: 1 punt
Springen Z+1: 2 punten
Internationaal SGMW: 1 punt
Dressuur (stokmaat tot en met 1.569 meter) Z1+5: 1 punt

[2]

Aan de goedgekeurde dressuurhengst Jazz is het predikaat Preferent toegekend.

Hengsten

Hengsten die in het veulenboek geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat toegekend indien zij minimaal 1.60 meter zijn en minimaal 70 punten voor exterieur en minimaal 75 punten voor beweging gehaald hebben.

Hengsten die in register A geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat indien zij minimaal 1.60 meter zijn en minimaal 70 punten voor exterieur en minimaal 75 punten voor beweging gehaald hebben. Verdere criteria zijn:

  • De hengst voldoet aan de normen voor röntgenologisch onderzoek, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij zijn vader aan de normen van dat röntgenologisch onderzoek heeft voldaan.
  • De hengst beschikt over een normaal gebouwd en functionerend ademhalingsapparaat en is vrij van cornage, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij zijn vader al aan deze eisen voldoet.
  • De hengst is geslaagd voor een aanlegtest in de discipline dressuur binnen de fokrichting rijpaard, of heeft een sportprestatie geleverd welke gelijk is aan de voor een keurmerrie vereiste sportprestatie, tenzij zijn vader:
a. in de Grand Prix op een CDI een minimumscore van 65% heeft behaald óf
b. de hengst is een bewezen vererver in zijn “eigen” fokgebied of land óf
c. van betreffende hengst zijn minimaal drie nakomelingen opgenomen in de International Breeding Guide in de discipline dressuur.

Aan een goedgekeurde hengst kan het predikaat Keur worden verleend indien:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens zeven jaar is
  • exterieurvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • sportvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • de hengst een sportindex heeft vanaf 140 met een betrouwbaarheid van minstens 85%

Het voldoen aan de eisen op het punt van de sportindex houdt geen automatische toekenning in, exterieurvererving speelt bij de toekenning een belangrijke rol.

Het predikaat Preferent wordt toegekend aan Keurhengsten wanneer:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens elf jaar is
  • exterieurvererving van vrouwelijke én mannelijke nakomelingen zich positief onderscheidt
  • sportvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • de hengst een sportindex heeft vanaf 140 met een betrouwbaarheid van minstens 85%

[3]

Springpaarden

Het KWPN kent de volgende predikaten voor springpaarden:

Ster
Keur
PROK
IBOP
EPTM
Elite
Sport
Preferent
Prestatie

De laatste 4 predikaten kunnen postuum worden toegekend. [4]

Merries

Een merrie krijgt het predikaat Ster als ze in het stamboek is opgenomen, minimaal 1.60 meter is, minimaal 70 punten voor exterieur heeft gehaald, gemiddeld voor stap en draf minimaal 60 punten heeft gehaald en minimaal 75 punten voor springen heeft behaald. Als de merrie een Sportpredikaat springen heeft of een IBOP/EPTM predikaat springen heeft, kan van springen vrijstelling worden verleend.

Als je paard Ster is word je uitgenodigd voor de Centrale Keuring. Deze is per provincie. Op de Centrale Keuring kan een merrie Voorlopig Keur worden verklaard. Als de merrie het predikaat IBOP/EPTM heeft behaald of een sportprestatie heeft behaald van minimaal M + 5 springen of M + 5 samengestelde wedstrijdsport wordt ze Keur verklaard.

Springmerrie Milano heeft het predikaat Sport springen.

Voor het predikaat Sport springen moet een merrie in de fokrichting Rijpaard of discipline springen geregistreerd staan en in de klasse Z 6 winstpunten behaald hebben. Voor het predikaat Sport samengestelde wedstrijdsport moet een merrie in de fokrichting Rijpaard of discipline springen geregistreerd staan en in de klasse Z 5 winstpunten behaald hebben.

Voldoet je merrie aan de röntgenologische eisen die worden gesteld in het veterinairreglement van het KWPN, dat krijgt ze het PROK-predikaat. Als de merrie slaagt voor de IBOP-test, krijgt ze het predikaat IBOP. Als de merrie slaagt voor de EPTM-test, krijgt ze het predikaat EPTM.

Als een merrie zowel Keur als PROK is verklaard, krijgt ze het predikaat Elite.

Indien de merrie minimaal 3 bij het KWPN geregistreerde nakomelingen heeft die minimaal ster zijn of minimaal in de 2e bezichtigingsronde zijn geweest van de hengstenkeuring, wordt zij Preferent verklaard.

Indien 3 bij het KWPN geregistreerde nakomelingen gezamenlijk minimaal 5 punten hebben behaald volgens de onderstaande puntentelling, krijgt de merrie het predikaat Prestatie.

Aanlegtest hengsten volledig doorlopen: 1 punt
Aanlegtest merries behaald met minimaal 90 punten: 1 punt
Dressuur Z1+1: 1punt
Dressuur Z2+1: 2 punten
SGW M+5: 1 punt
SGW Z+1: 2 punten
Springen M+5: 1 punt
Springen Z+1: 2 punten
Internationaal SGMW: 1 punt
Springen (stokmaat tot en met 1.569 meter) Z+5: 1 punt

[5]

Hengsten

Hengsten die in het veulenboek geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat toegekend indien zij minimaal 1.60 meter zijn en minimaal 70 punten voor exterieur en minimaal 75 punten voor springen gehaald hebben.

Hengsten die in register A geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat indien zij minimaal 1.60 meter zijn en minimaal 70 punten voor exterieur en minimaal 75 punten voor springen gehaald hebben. Verdere criteria zijn:

  • De hengst voldoet aan de normen voor röntgenologisch onderzoek, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij zijn vader aan de normen van dat röntgenologisch onderzoek heeft voldaan.
  • De hengst beschikt over een normaal gebouwd en functionerend ademhalingsapparaat en is vrij van cornage, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij zijn vader al aan deze eisen voldoet.
  • De hengst is geslaagd voor een aanlegtest in de discipline springen binnen de fokrichting rijpaard, of heeft een sportprestatie geleverd welke gelijk is aan de voor een keurmerrie vereiste sportprestatie, tenzij zijn vader:
a. in het springen heeft gepresteerd/presteert op Grand Prix-niveau óf
b. de hengst is een bewezen vererver in zijn “eigen” fokgebied of land óf
c. van betreffende hengst zijn minimaal drie nakomelingen opgenomen in de International Breeding Guide in de discipline springen.

Aan een goedgekeurde hengst kan het predikaat Keur worden verleend indien:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens zeven jaar is
  • exterieurvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • sportvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • de hengst een sportindex heeft vanaf 140 met een betrouwbaarheid van minstens 85%

Het voldoen aan de eisen op het punt van de sportindex houdt geen automatische toekenning in, exterieurvererving speelt bij de toekenning een belangrijke rol.

Het predikaat Preferent wordt toegekend aan Keurhengsten wanneer:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens elf jaar is
  • exterieurvererving van vrouwelijke én mannelijke nakomelingen zich positief onderscheidt
  • sportvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • de hengst een sportindex heeft vanaf 140 met een betrouwbaarheid van minstens 85%

[6]

Tuigpaarden

Het KWPN kent de volgende predikaten voor tuigpaarden:

Ster
Keur
PROK
IBOP
Elite
Sport
Preferent
Prestatie

De laatste 4 predikaten kunnen postuum worden toegekend. [7]

Merries

Een stamboekmerrie krijgt het predikaat Ster als ze minimaal 1.60 meter is, minimaal 68 punten voor exterieur, minimaal 68 punten voor beweging en minimaal 140 punten voor exterieur en beweging samen heeft behaald.

Een Stermerrie krijgt het predikaat Keur als zij:

  • het predikaat IBOP heeft behaald of
  • minimaal 25 winstpunten in het enkelspan heeft behaald in één seizoen of
  • minimaal 50 punten in het enkelspan in maximaal drie seizoenen heeft behaald

Hierbij tellen de damesnummers niet.

Voor het predikaat Sport tuigpaard moet een merrie in de fokrichting Tuigpaard geregistreerd staan en minimaal 100 winstpunten of een winsom van € 1.350,- in het enkelspan behaald hebben. Damesnummers tellen hierbij wederom niet mee. Eventueel door de KNHS toegepaste dubbeltellingen zijn niet van toepassing.

Voldoet je merrie aan de röntgenologische eisen die worden gesteld in het veterinairreglement staan van het KWPN, dat krijgt ze het PROK-predikaat. Als de merrie slaagt voor de aanlegtest, krijgt ze het predikaat IBOP.

Als een merrie zowel Keur als PROK is verklaard, krijgt ze het predikaat Elite.

Indien de merrie minimaal 3 bij het KWPN geregistreerde nakomelingen heeft die minimaal ster zijn of minimaal in de 2e bezichtigingsronde zijn geweest van de hengstenkeuring, wordt zij Preferent verklaard.

Indien minimaal 3 nakomelingen gezamenlijk minimaal 5 punten hebben behaald volgens de onderstaande puntentelling, krijgt de merrie het predikaat Prestatie.

Aanlegtest hengsten tuigpaard volledig doorlopen: 1 punt
Aanlegtest merries tuigpaard behaald met 80 punten of meer, maar minder dan 85: 1 punt
Aanlegtest merries tuigpaard behaald met 85 punten of meer: 2 punten
Sportprestatie Tuigpaard 50 tot 99 winstpunten: 1 punt
Sportprestatie Tuigpaard 100 winstpunten of meer: 2 punten

[8]

Hengsten

Hengsten die in het veulenboek geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat toegekend indien zij minimaal 1.60 meter zijn en minimaal 68 punten voor exterieur, minimaal 68 punten voor beweging en minimaal 140 punten voor exterieur en beweging samen behaald hebben.

Hengsten die in register A geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat indien zij minimaal 1.60 meter zijn en minimaal 68 punten voor exterieur en minimaal 68 punten voor exterieur, minimaal 68 punten voor beweging en minimaal 140 punten voor exterieur en beweging samen behaald hebben. Verdere criteria zijn:

  • De hengst voldoet aan de normen voor röntgenologisch onderzoek, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij zijn vader aan de normen van dat röntgenologisch onderzoek heeft voldaan.
  • De hengst beschikt over een normaal gebouwd en functionerend ademhalingsapparaat en is vrij van cornage, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij zijn vader al aan deze eisen voldoet.
  • De hengst is geslaagd voor een aanlegtest in de fokrichting tuigpaard, of heeft een sportprestatie geleverd welke gelijk is aan de voor een keurmerrie vereiste sportprestatie, tenzij zijn vader:
a. heeft gepresteerd/presteert op het hoogste niveau in de aangespannen sport óf
b. de hengst is een bewezen vererver in zijn “eigen” fokgebied of land

Aan een goedgekeurde hengst kan het predikaat Keur worden verleend indien:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens zeven jaar is
  • exterieurvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • sportvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • de hengst een sportindex heeft vanaf 140 met een betrouwbaarheid van minstens 85%

Het voldoen aan de eisen op het punt van de sportindex houdt geen automatische toekenning in, exterieurvererving speelt bij de toekenning een belangrijke rol.

Het predikaat Preferent wordt toegekend aan Keurhengsten wanneer:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens elf jaar is
  • vererving van vrouwelijke én mannelijke nakomelingen zich positief onderscheidt
  • sportvererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt
  • de hengst een sportindex heeft vanaf 140 met een betrouwbaarheid van minstens 85%

[9]

Gelders paard

Het KWPN kent de volgende predikaten voor Gelderse paarden:

Ster
Keur
PROK
IBOP
Elite
Sport
Preferent
Prestatie

De laatste 4 predikaten kunnen postuum worden toegekend. [10]

Merries

Een stamboekmerrie krijgt het predikaat Ster als ze minimaal 1.60 meter is, minimaal 70 punten voor exterieur, minimaal 60 punten voor beweging en minimaal 140 punten voor 2 van de 3 cijfers voor exterieur, bewegen of springen heeft behaald. Als vrijstelling is verleend voor vrij bewegen omdat de merrie een Sportpredikaat dressuur of een IBOP-predikaat dressuur heeft, moet de merrie minimaal 70 punten voor exterieur hebben behaald. Als vrijstelling is verleend voor vrijspringen omdat de merrie een Sportpredikaat springen of een IBOP-predikaat springen heeft, moet de merrie minimaal 70 punten voor exterieur hebben behaald en minimaal 60 punten voor beweging.

Een Stermerrie krijgt het predikaat Keur als zij Voorlopig Keur is verklaard en het predikaat IBOP heeft behaald of minimaal M+5 springen, dressuur, SGW of mennen is of in een internationale vierspanwedstrijd minimaal drie keer zijn uitgebracht en ingezet zijn in alle onderdelen van de wedstrijd.

Voor het predikaat Sport Gelders paard moet een merrie in de fokrichting Gelders paard geregistreerd staan en minimaal M+5 springen, dressuur, SGW of mennen zijn of in een internationale vierspanwedstrijd minimaal drie keer zijn gestart in alle onderdelen van de wedstrijd.

Voldoet je merrie aan de röntgenologische eisen die worden gesteld in het veterinairreglement staan van het KWPN, dat krijgt ze het PROK-predikaat. Als de merrie slaagt voor de aanlegtest, krijgt ze het predikaat IBOP.

Als een merrie zowel Keur als PROK is verklaard, krijgt ze het predikaat Elite.

Indien de merrie minimaal 3 bij het KWPN geregistreerde nakomelingen heeft die minimaal ster zijn of minimaal in de 2e bezichtigingsronde zijn geweest van de hengstenkeuring, wordt zij Preferent verklaard.

Indien minimaal 3 nakomelingen gezamenlijk minimaal 5 punten hebben behaald volgens de onderstaande puntentelling, krijgt de merrie het predikaat Prestatie.

Aanlegtest hengsten volledig doorlopen: 1 punt
Aanlegtest merries behaald met minimum aantal [11] punten: 1 punt
Springen M+5: 1 punt
Springen Z+1: 2 punten
Dressuur M+5: 1 punt
Dressuur Z1+1: 2 punten
SGW M+5: 1 punt
SGW Z+1: 2 punten
Mennen M+5: 1 punt
Internationaal SGMW: 1 punt
Dressuur Z + 5 (stokmaat tot en met 1.569 meter): 1 punt
Springen Z + 5 (stokmaat tot en met 1.569 meter): 1 punt

[12]

Hengsten

Hengsten die in het veulenboek geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat toegekend indien zij minimaal 1.60 meter zijn en minimaal 70 punten voor exterieur, minimaal 70 punten voor beweging of springen en minimaal 60 punten voor beweging behaald hebben.

Hengsten die in register A geregistreerd staan, krijgen het Sterpredikaat indien zij (1) minimaal 1.60 meter zijn én (2) minimaal 70 punten voor exterieur behaald hebben én (3) minimaal 70 punten voor beweging of springen en minimaal 60 punten voor beweging behaald hebben én (4) voldoen aan de normen voor röntgenologisch onderzoek, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij hun vader aan de normen van dat röntgenologisch onderzoek heeft voldaan én (5) beschikken over een normaal gebouwd en functionerend ademhalingsapparaat en is vrij van cornage, zoals omschreven in het Veterinairreglement, tenzij hun vader al aan deze eisen voldoet én (6) ze zijn geslaagd voor een aanlegtest in de fokrichting Gelders paard of een sportprestatie hebben geleverd welke gelijk is aan de voor een keurmerrie vereiste sportprestatie, tenzij hun vader:

a. heeft gepresteerd/presteert op 1.40m niveau springen of op Prix St. George/Intermediair I dressuur niveau of op nationaal niveau in de aangespannen sport of op nationaal niveau in de samengestelde wedstrijdsport
b. de hengst is een bewezen vererver in zijn “eigen” fokgebied of land.

Aan een goedgekeurde hengst kan het predikaat Keur worden verleend indien:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens zeven jaar is
  • vererving van de nakomelingen zich positief onderscheidt

Het predikaat Preferent wordt toegekend aan Keurhengsten wanneer:

  • de eerste jaargang nakomelingen minstens elf jaar is
  • vererving van vrouwelijke én mannelijke nakomelingen zich positief onderscheidt

[13]

Bronnen, referenties en/of voetnoten

  1. artikel P26 van het Selectiereglement dressuur: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007
  2. artikel 10 van het Merriekeuringsbesluit dressuur 2007 en de artikelen P27, P28, P29, P30, P31, P32, P33 en P34 van het Selectiereglement dressuur: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007
  3. artikelen P47, P48, P49 en P51 van het Selectiereglement Dressuur hengsten - 29 augustus 2007
  4. artikel P26 van Selectiereglement springen: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007
  5. artikel 10 van het Merriekeuringsbesluit springen 2007 en de artikelen P27, P28, P29, P30, P31, P32, P33 en P34 van het Selectiereglement springen: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007
  6. artikelen P48, P49, P51 van het Selectiereglement Springen hengsten - 29 augustus 2007
  7. artikel P26 van het Selectiereglement tuigpaard: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007
  8. artikelen P27, P28, P29, P30, P31, P32, P33 en P34 van het Selectiereglement tuigpaard: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007 en bijlage 3 (eisen aanlegtest t.b.v. prestatie predikaat) bij het Merriekeuringsbesluit tuigpaard 2007 - 5 april 2007
  9. artikelen P39, P40 en P42 van het Selectiereglement tuigpaard hengsten - 29 augustus 2007
  10. artikel P26 van het Selectiereglement Gelders paard: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007
  11. Zie hiervoor bijlage 4 (eisen aanlegtest t.b.v. prestatie predikaat) bij Merriekeuringsbesluit Gelders paard 2007
  12. artikelen P27, P28, P29, P30, P31, P32, P33 en P34 van het Selectiereglement Gelders paard: merries, veulens en ruinen - 5 april 2007
  13. artikel P45, P46 en P48 van het Selectiereglement Gelders paard hengsten 29 augustus 2007